Het steunpakket voor de MKB-sector is voor de derde keer verruimd, waaronder de NOW-regeling, de Tozo en de TVL. Het pakket maatregelen is bedoeld om een extra steunimpuls te geven aan ondernemers die getroffen zijn door de coronacrisis.

NOW-regeling voor het eerste kwartaal van 2021

De NOW-subsidie wordt verhoogd van 80 naar 85 procent van de loonsom, waarbij de loonsomvrijstelling 10 procent blijft. Voor de maanden januari, februari en maart kan van 15 februari tot en met 14 maart 2021 de NOW 3.2 worden aangevraagd.

  • Net als eerder zal dus een omzetverlies van 20% voldoende zijn om voor de NOW-regeling in aanmerking te komen. Uitgangspunt bij de toepassing van de NOW is het omzetbegrip volgens het jaarrekeningenrecht.
  • Het vergoedingspercentage wordt verhoogd tot 85%.
  • U mag als werkgever de loonsom in uw onderneming met maximaal 10% verlagen zonder dat dit gevolgen heeft voor de uiteindelijke vaststelling van de NOW-subsidie.
  • Tot en met 31 juni 2021 bedraagt het dagloon dat in aanmerking wordt genomen voor de toepassing van de NOW-regeling twee keer het dagloon (met een maximum van € 9.538 per maand).
  • De forfaitaire opslag voor werkgeverslasten blijft 40%.

Tegemoetkoming Vaste Lasten voor mkb (TVL)

Van het herstelpakket van 7,6 miljard euro, gaat 3,8 miljard euro naar de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL). De TVL wordt zodanig uitgebreid dat meer ondernemingen aanspraak kunnen maken. Kleine ondernemers kunnen een subsidiebedrag ontvangen van 1500 euro in plaats van 750 euro. Het kabinet onderzoekt de mogelijkheden om meer kleine ondernemers toegang te geven tot de TVL.

  • De nieuwe subsidiepercentages worden voor de eerste twee kwartalen van 2021 verhoogd van 70% naar 85% van de vaste lasten gerelateerd aan het omzetverlies.
  • De vereiste minimale omzetderving blijft in de periode t/m 31 juni 30%.
  • Het kabinet ziet af van de eis van maximaal 250 medewerkers.
  • Het maximale subsidiebedrag wordt verhoogd met maar liefst 240.000 euro, van 90.000 naar 330.000 voor het MKB en 400.000 voor niet-MKB.

Inkomensondersteuning via Tozo

Per 1 april is de Inkomensondersteuning zelfstandige ondernemers (Tozo) voor de vierde keer verlengd. Bij de Tozo kunnen ondernemers een aanvraag doen met terugwerkende kracht vanaf de voorgaande maand. Ook bij de vierde verlenging blijft de aanvraag met terugwerkende kracht in stand. Wanneer de Tozo per 1 februari wordt aangevraagd, gaat deze derhalve in per 1 januari, enzovoorts.

Vanuit de Tozo 4 kan geen aanvraag meer gedaan worden voor Tozo 3 (januari – maart). Op 1 mei kan de ondernemer derhalve de Tozo aanvragen vanaf 1 april. Het kabinet ziet bij deze vierde verlenging af van de vermogenstoets.

Uitstel van belasting en aanhouden saneringen

Ondernemers kunnen tot 1 juli 2021 uitstel van belasting of verlenging van het uitstel aanvragen. Indien uitstel reeds is aangevraagd, wordt dat nu automatisch verlengd tot 1 juli. De datum vanaf wanneer in beginsel moet worden terugbetaald wordt 1 oktober 2021. De periode voor terugbetaling is 36 maanden.

Daarnaast gaat de Belastingdienst kijken naar gericht kwijtschelden van (belasting)schulden voor als de terugbetalingsregeling onvoldoende is. Het doel is die in het tweede kwartaal rond te hebben. Al ingediende saneringsverzoeken worden aangehouden indien de ondernemer daarom vraagt.

Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK)

Het kabinet creëert de TONK-regeling voor huishoudens die door omstandigheden in ernstige financiële problemen dreigen te komen. De TONK gaat met terugwerkende kracht gelden van 1 januari 2021 tot en met 30 juni 2021.

Hierbij valt te denken aan de volgende situaties:

  • Huishoudens die nog wel inkomen uit werk hebben, maar tegelijkertijd met een dusdanige terugval in inkomsten geconfronteerd worden dat zij noodzakelijke kosten niet meer kunnen voldoen. Dit kunnen zelfstandigen zijn die veel van hun opdrachten zien verdwijnen, maar ook flexwerkers die plotseling minder worden opgeroepen en ook werkenden die kortdurend vanwege quarantaine inkomsten mislopen.
  • Huishoudens die terugvallen op een uitkering en daardoor dusdanig achteruitgaan in inkomsten dat zij noodzakelijke kosten niet meer kunnen voldoen. Dit kunnen werkenden zijn, zoals artiesten en sekswerkers, die moeten terugvallen op het sociaal minimum.
  • Huishoudens waar een of beide partners geen inkomen uit werk meer heeft en ook geen recht op een uitkering. Daardoor kunnen zij een dusdanige terugval in inkomsten ervaren dat zij noodzakelijke kosten niet meer kunnen voldoen. Zelfstandigen kunnen bijvoorbeeld hun opdrachten ineens zien teruglopen of maken vanwege de partnertoets of het urencriterium geen aanspraak op de Tozo.

Uitgangspunten hierbij zijn:

  • De focus ligt op woonkosten. Dat is meestal veruit de grootste kostenpost in een huishouden.
  • Bij aanvragen wordt gekeken of sprake is van ‘onvoorziene en onvermijdelijke’ terugval in het inkomen en naar draagkracht, hetgeen de verhouding betreft tussen het inkomen en vermogen van het huishouden en de noodzakelijke kosten. Met betrekking tot het inkomen is het actuele inkomen het uitgangspunt. Wat betreft vermogen wordt alleen gekeken naar vermogen waar direct over beschikt kan worden. Vermogen dat vast zit in de eigen woning en pensioenen wordt bijvoorbeeld buiten beschouwing gelaten. Over een vrijstellingsgrens wordt nog gesproken.
  • Er moet nog een handreiking worden opgesteld, terwijl de ICT-systemen nog moeten worden aangepast. De verwachting is dat vanaf 1 maart 2021 steeds meer gemeenten hun TONK-loketten zullen openen.

Overige maatregelen

  • Er komt een regeling voor starters die tussen 1 januari en 1 juni 2020 een bedrijf zijn begonnen. De referentieperiode wordt het derde kwartaal van 2020. Het kabinet is voornemens hiervoor een loket te openen in mei. Starters tussen 1 januari en 15 maart komen ook voor de TVL in aanmerking in het eerste kwartaal van 2021, voor het tweede kwartaal van 2021 kan gebruik gemaakt worden van een aparte startersregeling. Starters kunnen ook gebruikmaken van de corona-overbruggingskredieten tot maximaal €35.000.
  • De voorraadvergoeding voor de detailhandel wordt verhoogd en verlengd. De subsidie wordt 21% op het vastelastenpercentage in de TVL, tot maximaal €200.000.
  • Er komt een garantiefonds voor evenementen, waarvan de precieze invulling nog uitgewerkt moet worden.
  • Het kabinet houdt rekening met het feit dat meer thuisgewerkt zal worden, daarom wordt de vormgeving van belastingmaatregelen onderzocht waarmee werkgevers thuiswerkkosten kunnen vergoeden. Ook wordt er gekeken naar de reiskostenvergoedingen. Werkgevers kunnen tot 1 april 2021 vaste reiskostenvergoedingen onbelast vergoeden.
  • Ondernemers kunnen in 2021 het gebruikelijk loon lager vaststellen indien zij te maken hebben met omzetdaling.
  • De vrije ruimte voor de werkkostenregeling wordt ook in 2021 voor de eerste € 400.000 loonsom per werkgever verhoogd van 1,7% naar 3%.